E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB5348
LJN BB5348, Gerechtshof Leeuwarden, 24-002599-06

Inhoudsindicatie:

Medeplegen van dodelijk ongeval

Het hof acht op bewezen dat verdachte en zijn medeverdachte zich schuldig hebben gemaakt aan roekeloos rijgedrag. Zij zijn immers dicht achter elkaar en met een te hoge snelheid gaan rijden op een bochtige weg waarop andere (zwakkere) verkeersdeelnemers aanwezig waren, hetgeen door hen, mede gelet op het tijdstip, omstreeks 20.00 uur, ook kon worden verwacht. Het kan daarom niet anders of beiden hebben welbewust het onaanvaardbare risico op het ernstige ongeval met dodelijke afloop genomen, dat zich vervolgens ook heeft voorgedaan. [het slachtoffer] is in kritieke toestand naar het ziekenhuis vervoerd en daar, enkele uren na het ongeval, aan de gevolgen daarvan gestorven. Aldus acht het hof bewezen dat haar overlijden in een zodanig rechtstreeks verband met de aanrijding staat dat zij daardoor is gedood in de zin van de tenlastelegging. Feiten of omstandigheden die tot een ander oordeel zouden leiden, zijn niet gebleken.

Nu bewezen kan worden verklaard dat verdachte tezamen en in vereniging met [de medeverdachte], op de plaats en het tijdstip die hier van belang zijn, zich roekeloos in het verkeer heeft gedragen, kunnen de gevolgen daarvan - te weten het overlijden van [het slachtoffer] - hem eveneens worden toegerekend. Dat het niet verdachte maar [de medeverdachte] is geweest die feitelijk in botsing met [het slachtoffer] kwam, doet daaraan niet af.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie